Rondkijken op Bali

16 oktober 2010

Pura Tirta Empul is onze eerste bestemming op onze laatste rondreis. Daarna worden we afgezet in ons laatste hotel voordat ik weer terug naar huis ga.

De Tirta Empul tempel ligt in Tampak Sering. Deze tempel wordt tot één van de zes belangrijkste tempels van Bali beschouwd. De naam "Tirta Empul" betekent "kristal heldere stroom" waarmee wordt aangeduid dat het wordt gebruikt als heilig water voor religieuze ceremonieën.
De heilige bron heeft volgens de Balinezen heilzame krachten. Zodoende gaan zij elk jaar een keer naar Tirta Empul om zich hier in te baden.
Volgens de legende is de bron door de god Indra geschapen. Toen zijn krachten door boze machten was vergifitigd, maakte Indra een gat in de grond om een fontein van "onsterfelijkheid" te maken die vervolgens zijn krachten weer tot leven zouden wekken.
Op de berg bij de tempel is in 1954 het regeringspaleis gebouwd. Oorspronkelijk was dit een verblijf voor Nederlandse officieren, maar later was deze plek door Soekarno (de voormalige president van Indonesie) gekozen als zijn residentie tijdens zijn verblijf op Bali.

Bij aankomst is het behoorlijk druk. We krijgen te horen dat er kort geleden een begrafenis is geweest. Op Bali word elke overledene verbrand. Nu kan het zijn dat de familie niet genoeg geld heeft voor de uitvaart. De dode word dan tijdelijk begraven tot dat de nabestaanden genoeg geld hebben gespaard voor de crematie. Op Bali word de dode in een indrukwekkende prachtig versierd baar naar de plek van de plaats van de verbranding gedragen. Op de route word de baar af en toe 360 graden gedraaid. Dit heeft als reden dat de geest van de dode niet de weg terug naar huis mag vinden. De geest moet immers naar het paradijs. De baar word altijd vergezeld van een grote stoet familieleden en andere genodigden. Met de stoet mee gaan de offergaven die de overledene mee neemt naar het paradijs zoals b.v eten. Op de plek aangekomen word de baar in brand gestoken. Als het vuur gedoofd is worden de asresten boven zee verstrooit. Voor de helige bron bevind zich het tempelcomplex zelf waar we een grote groep mensen bezich zien met het gebed. Ze eren een familielid die is overleden. Zijn lichaam was al verbrand en nu word deze persoon herdacht met een gebed. Iedereen zit in kleermakerszit voor de tempel. Dan word er gebeden. Uit eerbied word ons gevraagd heel stil te zijn om de rust niet verstoren. Er staan ook tafels waar de offergaven zijn uitgestalt. Er staan ook flessen water bij die gevuld zijn met het water uit de heilige bron. Zo ontbreekt er niets in het hiernamaals voor de overledene. Het centrale punt van de tempel is niet open voor publiek. Enkel voor nabestaanden. De weduwe en haar kinderen brengen onder begeleiding van een priester offergaven naar deze plek. Bij de toegang staat een altaartje waar een andere priester achter zit. Druk aan het bidden. Als de ceremonie klaar is lopen we naar de heilige bron. Deze bestaat uit een groot bad met grenzend daaraan een muur met een rij waterspuwers waaruit dikke waterstralen het bad in stromen. Voor elke waterspuwer staat een lange rij mensen letterlijk in het water om zich te laten besproeien. Ook hier worden er offergaven uitgestalt om de goden te eren. Wij duiken niet het bad in maar lopen via een stenen bruggetje naar een waterspuwer toe om ons gezicht te wassen. Of het je jonger maakt? Wie weet.

We rijden door naar het plaatsje  Batubulan waar we een voorstelling gaan bekijken van de barongdans. Dit is de meest bekende vorm van dansen op bali. Met muziek (gamelanmuziek) en dans word een verhaal uitgebeeld waarin de strijd tussen goed en kwaad centraal staat. Het hoofdpersonage is de Barongdanser. In dit geval een draak. In deze dans word het verhaal vertelt dat een koningin één van haar zonen moet opofferen.

Omdat de voorstelling moeilijk te beschrijven is heb ik het onderstaande overgenomen van de folder van het theater. Zodat je een indruk krijgt van het verhaal.

De Koningin moeder Dewi Kunti heeft besloten om een van haar zonen, in dit geval Sahadewa, aan Rangda te offeren.  De Barong komt op de voet gevolgd door zijn vriend, de aap. Daarna verschijnen drie gemaskerde mannen, die wraak trachten te nemen op de Barong, die een kind van hen heeft gedood. In plaats van de Barong te doden is de neus van de mannen door de aap afgesneden. Daarna komen twee Legong danseressen op, die voor een paar minuten de Legong dans opvoeren.

Acte 1:  Twee gebroeders, Punta en Wijil, verschijnen op het toneel. Ze zijn dienaren van Dewi Kunti. Ze vertellen het publiek, dat op deze dag Sahadewa, een van de vijf Pandawa prinsen, aan Rangda geofferd wordt. Dan horen ze een vreemd geluid, een angstwekkend geluid, dat niets goeds voorspeld. Nadat ze de verschrikkelijke verschijning van een heks gezien hebben, vragen ze vol angst de premier gauw te komen. De premier komt op en de drie mannen wachten op Dewi Kunti. 

Acte 2:  Dewi Kunti, de koningin-moeder, verschijnt op het toneel, gevolgd door Sahadewa. Dewa Kunti is zeer verdrietig dat ze haar zoon moet offeren. De heks verschijnt weer en maakt Dewi Kunti boos door haar te beheksen. Dewi Kunti beveelt de premier om Sahadewa naar de grot van Rangda te brengen. Ook de premier wordt door de heks boos gemaakt, hij brengt Sahadewa naar het bos waar de Rangda woont en bindt hem vast aan een boom.

Acte 3:  God Siwa heeft medelijden met Shadewa en geeft hem onsterfelijkheid. Als de Rangda komt om hem te doden en op te eten, kan ze hem niet doden. Als zij tot beseft komt, dat ze hem niet doden kan, vraagt zij hem om haar te verlossen door haar vrijwillig te doden. Sahadewa vervult haar wens en doodt haar vrijwillig en zij stijgt naar de hemel.

Acte 4:  Een van haar heks-studenten, Kalika, vraagt Sahadewa om haar ook vrijwillig te doden, zodat zij haar meesteres naar de hemel volgen kan. Maar Sahadewa weigert en vervolgens beginnen beiden te vechten. Kalika door haar magische kracht, verandert zich in een zwijn, vecht, verliest en loopt weg. Zij komt weer te voorschijn als een vogel, een kraai, vecht weer, verliest en loopt weer weg. 

Sahadewa mediteert en wordt de Barong. De Rangda en de Barong zijn tezamen voor een poosje op het toneel en als Rangda het toneel verlaat komen de krisdancers op. Zij trachten de Rangda te doden en omdat zij dit kunnen doen, steken zij zichzelf met de kris. 

Ik moet zeggen. Het was indrukwekkend. Prachtige kostuums. Maskers en muziek.

Om de dag af te sluiten mogen we rondkijken in een houtsnijfabriek, gelegen in het plaatsje Mas. Het zijn echte kunstenaars. Uit één blok hout word een kunstwerk gehakt. Over sommige stukken doen ze wel een maand, ze werken alleen als ze inspiratie hebben. Er bestaat geen school waar je dit ambacht kunt leren. Alles gaat van vader op zoon/moeder op dochter. Alles maken ze. Van maskers tot grote meubelstukken die prachtig zijn versiert.

We krijgen slecht nieuws te horen. We zouden naar ons laatste hotel gaan in Kuta maar er is iets mis gegaan met de reservering. Er is niet voldoende plek in het hotel dus wijken we uit naar Sanur. Pas de laatste drie dagen kan ik met vier andere medereizigers in Kuta overnachten. Maar we krijgen een verassing! De manager van het hotel in Kuta staat ons op te wachten. Om de pijn te verzachten nodigt hij ons uit om op hun kosten toch naar Kuta te komen om in ieder geval deze avond te dineren. Ook vervoer is geregeld dus toch een mooie afsluiting van de avond.

Mister manager! Terima Kasih Banyak!

Foto’s