De laaste dag op Java en de eerste dag op Bali

14 oktober 2010 - Kalibaru, Indonesië

Het is vandaag de laaste dag van mijn rondreis op Java. We hebben een hele lange rit voor de boeg. Onderweg stoppen we om rijstplanters te zien die aan het werk zijn in een rijstveld. Een rijstveld (sawa of sawah) is een stuk grond, omdijkt of ommuurd door lage lemen walletjes voor het verbouwen van rijst.  De velden worden, waar noodzakelijk in een heuvelachtig landschap, in de vorm van een terras aangelegd. Omdat rijst in het water groeit is een goede waterhuishouding belangrijk. De rijstvelden staan voortdurend onder water tot de rijst rijp is en geoogst kan worden. Een bijkomend voordeel van het onder water zetten is dat je op deze manier ook aan onkruidbestrijding doet. Deze waterhuishouding dient niet alleen om op de juiste momenten het land te bevloeien, maar hiermee  voorkom je ook erosie. In het water wordt vaak vis gehouden. De vis dient niet alleen als voedsel, maar ook voor de bestrijding van muggen (malaria) Een groepje dames is druk bezig om de rijstplantjes één voor één in de met water gevulde rijstterassen te stoppen. Dit proces gaat niet met een machine. Alles word met de hand geplant.

Het werk is zwaar en de planters staan diep in de modder. Geen pretje dus! En het is ook nog eens boven de 30 graden! Maar ondanks het zware werk lachen en zwaaien ze naar ons. Een tekenend beeld voor Java, hele vriendelijke en aardige mensen. Daar kunnen wij nog eens een voorbeeld aan nemen.

Na een lange busreis komen we aan in Banyuwangi waar we de veerboot op rijden. We gaan richting het laatste gedeelte van de rondreis. We varen naar Bali. Voordat de boot weg vaart worden we van alle kanten belaagd door gelukszoekers voorzien van snorkel en zwemvliezen. Euro! Euro! roepen ze. Sommige toeristen gooien roepia's het water in waardoor vervolgens de duikers kopje onder gaan en weer naar de oppervlakte komen met de buit. Één zwemmer heeft een handigheidje, hij stopt alle opgedoken munten in zijn mond en verbergt ze in zijn wangen! Handig! Als we weg varen kijk ik nog één keer naar het vaste land van Java. Ik kan alleen maar zeggen dat ik een super tijd heb gehad en je beseft nu maar al te goed waarom sommige mensen hun geluk elders gaan zoeken als ze het in hun geboorteland het heel moeilijk hebben door bijvoorbeeld oorlog. Een verdrietig gevoel krijg ik als ik er aan moeten denken dat ik op Java een stuk familiegeschiedenis achter laat. Namelijk mijn grootvader op het ereveld in Bandung. Maar dat maakt al snel plaats voor een blij gevoel. Dat mijn oma destijds de grote stap nam voor een betere toekomst door af te reizen naar Nederland. En hierdoor is mijn familie goed terrecht gekomen. Hoewel mijn opa de reis naar Nederland niet meer heeft mee mogen maken heeft hij wel de basis gelegd voor onze toekomst en mijn oma heeft deze tocht afgemaakt en daar ben ik trots op!

De veerboot meert af in Gilimanuk. We zijn aangekomen op Bali! Bali is een eiland dat ten oosten van Java ligt. Het grote eiland telt ongeveer 3.216.888 inwoners. De hoofdstad is denpasar. In vergelijking met de mensen op Java zijn de Balinzen Hindoe. Dat is ook goed te zien. Overal waar je komt vind je tempels van kleine formaten tot grote gebouwen. Wat ook veel te zien is zijn de offergaven. Overal worden de offergaven gebruikt. Een offergave bestaat uit een bakje gemaakt van een bananenblad met daarin rijst en bloemen. De Balinezen geloven er in dat deze offergave ze beschermt. Vandaar dat je ze ook vind op het dashboard in de auto's en de bussen. Overal op het eiland rijden er kleine busjes rond, zogenaamde bemo's. Een prima vervoermiddel. In Denpasar stappen we over op een andere bus en nemen we afscheid van onze reisleider, de buschauffeur en onze helper. Ik ga ze missen. Zeker onze reisleider Toni. Hij heeft het toch maar eventjes geregeld voor mij in Bandung zodat ik het ereveld kon bezoeken. Daar ben ik Toni eeuwig dankbaar voor!

We rijden naar ons hotel in Ubud. De rest van de dag rusten we lekker uit en ook morgen hebben we een volle dag voor ons zelf. We overnachten in de Ananda Cottages. Dat is een hotelcomplex waar iedereen zijn eigen huisje heeft. Toegegeven, dit is de beste plek van heel de reis waar ik heb overnacht. Samen met de hotels in Jogjakarta en Kalibaru is dit de perfecte overnachtingsplek. Ik zit in een appartement wat is gebouwd in de klassieke stijl. Omgeven door klapperbomen. Ik heb zelfs een rijstveld als mijn voortuin! Een eigen privé paradijsje met de mooie omgeving als decor.

 

 

Foto’s